Het Paardengebit

Een paardengebit groeit continu, de snijtanden en kiezen met ongeveer 3 mm per jaar.

Snijtanden
Zowel in de bovenkaak als de onderkaak bevinden zich 6 snijtanden. Deze worden gewisseld omstreeks tweeënhalf, drieënhalf en viereneenhalf jarige leeftijd. Wisselen gebeurt vanuit het midden van het gebit naar buiten toe.

Kiezen
Zowel op de bovenkaak als de onderkaak bevinden zich 12 kiezen: 6 kiezen per kaakhelft achter in de mond. De eerste drie kiezen per rij kiezen zijn de melkkiezen en worden gewisseld omstreeks tweeënhalf, drie- en vierjarige leeftijd. De achterste drie kiezen zijn direct volwassen kiezen en komen door op één tot driejarige leeftijd.

Ruinentanden
Achter de snijtanden zitten de hengsten-, of ruinentanden. Deze komen over het algemeen alleen bij mannelijke dieren voor, maar kunnen ook bij vrouwelijke dieren voorkomen.

Wolfskiezen
Niet ieder paard heeft wolfskiezen, dit zijn kleine kiesjes die voor de eerste kies groeien in de bovenkaak. De wolfskiezen kunnen zowel onder het tandvlees groeien als door het tandvlees heen breken. Deze kiezen kunnen voor problemen zorgen, en zullen eigenlijk altijd moeten worden verwijderd.