In het wild leven konijnen in groepen, daarom is het voor het welzijn van het konijn beter om twee of meer konijnen bij elkaar te houden. Binnen de groepen heerst er rangorde, daarom kan het moeilijk zijn twee dominante dieren bij elkaar te houden. Twee rammen gaan vechten of zien elkaar als potentiële partner en zullen elkaar proberen te dekken. Wanneer een mannetje en vrouwtje samen worden gehouden, kan 28-32 dagen na de dekking een nestje verwachten worden.
In de tabel hieronder wordt voor elke rasgrootte het gewicht, de vruchtbaarheid, fokrijpheid en het aantal jongen per worp vermeld.
|
Lichaamsgewicht in kg |
Vruchtbaar in maanden |
Fokrijp in maanden |
Aantal jongen per worp |
Dwergrassen |
0,8 – 1,1 |
± 4 |
6 |
2-4 |
Kleine rassen |
1,5 – 3 |
± 4 |
7 |
4-6 |
Middelgrote rassen |
3 – 5 |
± 4 |
8 |
6-8 |
Grote rassen |
> 5 |
± 4 |
9 |
8-10 |
Als het rammetje na het werpen nog bij de voedster is, kan ze al snel weer gedekt worden. Dit kan doordat na de dekking een eisprong plaats vindt. Ook kan het voorkomen dat de voedster 14 dagen na het werpen nog een nestje ter wereld brengt. Dit kan komen doordat na de dekking de ram bij de drachtige voedster blijft en haar nog een keer dekt. Een konijn heeft namelijk twee baarmoederhoorns waarin elk jongen kunnen groeien. Bedenk goed waar al deze jongen geplaatst moeten worden.
Soms kan de voedster zonder dat ze drachtig is een nest gaan maken, dan is ze waarschijnlijk schijndrachtig. Dit gedrag verdwijnt na een aantal dagen. Er is dan wel een eisprong opgetreden maar geen bevruchting. Dit kan komen door: misschieten van de rammelaar, dominante voedsters die dekbewegingen maken, aanwezigheid van een rammelaar in een ander hok.
Het jong van een konijn, ook wel lamprei genoemd, wordt maar 1 á 2 keer per dag gedurende ongeveer 5 minuten gezoogd. Als de jongen 10 dagen oud zijn gaan de oren en ogen open. Kom in deze periode niet aan de jongen als dat niet nodig is. De voedsters kan de jongen dood bijten door stress, onervarenheid of omdat de voedster moeder gevoelens mist.
Wanneer de jongen 2 á 3 weken oud zijn komen ze tevoorschijn uit het nest en gaan mee knabbelen van het hooi en brokjes. Na 6 weken kunnen de jongen gespeend worden. Tot deze tijd zijn de jongen nog afhankelijk van de voedster. Let daarom bij het aanschaffen van nieuwe konijntjes op dat deze niet jonger zijn dan 6 weken. Haal beide geslachten voordat ze 3 a 4 maanden zijn uit elkaar omdat ze op deze leeftijd vruchtbaar worden.
Moederloze konijntjes kunnen in de zoogperiode gevoed worden met speciale puppy en kitten melk. Deze is bij de praktijk verkrijgbaar.
Geboortebeperking Konijnen zijn sociaal levende dieren, maar om niet met nestjes te komen zitten, kunnen de rammen gecastreerd en de voedsters gesteriliseerd worden. Vaker zal gekozen worden om de rammelaar te laten castreren. Dit is een kleinere ingreep voor het konijn dan de sterilisatie bij het vrouwtje. Al brengt de narcose voor elke operatie risico’s met zich mee. Als wordt besloten om de ram te castreren, moeten in ieder geval beide testikels zijn ingedaald. Dit zal op zo`n 3 a 4 maanden leeftijd zijn. Voordat de ram na operatie thuis komt moeten er een paar maatregelen getroffen worden. (zie ook adviesbrief na castratie)
- Na de castratie kan de rammelaar nog 8 weken vruchtbaar zijn. Plaats hem daarom voor deze tijd apart van de voedsters.
- Het konijn heeft na de narcose moeite om zijn lichaamstemperatuur op peil te houden. Het is daarom belangrijk dat het dier warm wordt gehouden als het konijn nog niet op temperatuur is. Dit kan gedaan worden met handdoeken en eventueel een kruik (in een handdoek/theedoek gewikkeld). Let op dat het konijn niet aan de kruik kan gaan knagen.
- Gebruik als bodembedekking geen strooisel, deze kunnen aan de wond blijven plakken en gaan ontsteken. Gebruik in plaats hiervan handdoeken in de eerste dagen tot de wond droog en genezen is.
- Na de operatie moet het konijn binnen 12 uur weer gaan eten. Groenvoer wordt meestal liever gegeten, mits het konijn dit al gewend was te eten voor de operatie anders is het een extra belasting voor het maagdarmstelsel. Wanneer het konijn niet wil gaan eten zal hij ge(dwang)voerd moeten worden. Neem in dit geval contact met ons op.